Het standaardtarief in het volwassenenonderwijs bedraagt 1,50 euro per lestijd. Maar er zijn gedeeltelijke of volledige vrijstellingen van inschrijvingsgeld mogelijk.
Om te weten of een cursist in aanmerking komt voor een vrijstelling van inschrijvingsgeld checkt het centrum de tariefsuggestie.
- Vrijstellingen opleiding
- Vrijstellingen (statuut) cursist
- Richtlijnen, voorbeeldattesten en elektronische gegevensuitwisseling
Vrijstellingen opleiding
Volledige vrijstelling
Voor cursisten die:
- Nog geen diploma van het secundair onderwijs behaald hebben en ingeschreven zijn voor:
- Een opleiding in de leergebieden van de basiseducatie
- Een opleiding in het studiegebied aanvullende algemene vorming
- Een opleiding in het studiegebied algemene vorming
- Geletterdheidsmodules Nederlands en Leren Leren
- Geletterdheidsmodules Regie over het Eigen Leren
Diploma van secundair onderwijs wordt hier breed geïnterpreteerd: een diploma secundair onderwijs, een getuigschrift of diploma van het hoger onderwijs of een daarmee gelijkgesteld studiebewijs. Het centrum volgt hierbij het stappenplan uit de registratierichtlijnen.
- De opleiding ervaringsdeskundige in de armoede en sociale uitsluiting volgen.
- Ingeschreven zijn voor de opleiding Ondernemerschap en tegelijk ingeschreven zijn:
- als leerling in de 3de graad van het secundair onderwijs
- in een centrum voor deeltijds beroepssecundair onderwijs
- in een centrum voor deeltijdse vorming
- in een centrum voor vorming van zelfstandigen en kleine middelgrote ondernemingen
Het centrum toont dit aan met een overzicht van de cursisten die in de 3de graad zijn ingeschreven in de school secundair onderwijs, en een verklaring van de school.
Gedeeltelijke vrijstelling Nederlands tweede taal (NT2)
Een cursist die ingeschreven is in een opleiding Nederlands Tweede Taal Richtgraden 2, 3 en 4 betaalt een verminderd inschrijvingsgeld van 0,60 euro per lestijd.
Vrijstellingen (statuut) cursist
Een cursist die voldoet aan bepaalde voorwaarden is volledig of gedeeltelijk vrijgesteld van inschrijvingsgeld voor alle opleidingen van het volwassenenonderwijs. Dit geldt ook voor gepensioneerden. Voor hen is er geen afzonderlijke vrijstellingscategorie.
Volledige vrijstelling voor alle opleidingen
Voor cursisten die:
- Op het moment van hun inschrijving materiële hulp genieten zoals bedoeld in de wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen.
Voorbeeldattesten - Op het moment van hun inschrijving het statuut van tijdelijke bescherming bezitten ter uitvoering van richtlijn 2001/55/EG van de Raad van 20 juli 2001 betreffende minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in geval van massale toestroom van ontheemden en maatregelen ter bevordering van een evenwicht tussen de inspanning van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequenties van de opvang van deze personen.
Meer informatie - Op het moment van hun inschrijving een inkomen verwerven via maatschappelijke dienstverlening of een leefloon of die ten laste zijn van de voormelde categorieën.
Een cursist die ouder is dan 65, krijgt alleen vrijstelling van inschrijvingsgeld als die een inkomensgarantie voor ouderen (IGO) geniet.
Meer informatie - Op het moment van inschrijving gedetineerd zijn zoals is bepaald in artikel 2, 16°bis van het decreet volwassenenonderwijs.
Meer informatie - Op het moment van hun inschrijving nog niet voldaan hebben aan de voltijdse leerplicht.
Meer informatie - Op het moment van hun inschrijving werkzoekende zijn waarvan de opleiding kadert in een traject naar werk of een gepast opleidingsaanbod vastgesteld door VDAB
- Op het moment van hun inschrijving niet-werkende, verplicht ingeschreven werkzoekende zijn die op het moment van hun inschrijving nog geen recht op een inschakelingsuitkering hebben verworven
Meer informatie en voorbeeldattesten - In een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag in een traject naar werk zitten.
Dit staat niet letterlijk in de regelgeving (over het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag of STW, vroeger gekend als brugpensionering) maar wel in een traject naar werk.
Volledige vrijstelling voor NT2-opleidingen
Een NT2-cursist die:
- Een inburgeringscontract ondertekend heeft vóór 1 september 2023. Dit is een overgangsmaatregel die geldt tot het einde van dat contract.
Voorbeeldattesten op de website van integratie en inburgering - Een inburgeringscontract ondertekend heeft of een inburgeringsattest behaald heeft en NT2 richtgraad 2 volgt.
Voorbeeldattesten op de website van integratie en inburgering - Een inburgeringscontract ondertekend heeft of een inburgeringsattest behaald heeft. Het gaat om een inburgeraar met domicilie in Brussel-Hoofdstad die NT2 richtgraad 1 of 2 volgt.
Voorbeeldattesten op de website van integratie en inburgering - Met domicilie in Brussel-Hoofdstad en een lesplaats die gelegen is in Brussel-Hoofdstad die NT2 richtgraad 1 of 2 volgt.
- Opnieuw opleiding NT2 richtgraad 1 volgt voor een herkansing op de NT2-test
- Minderjarige inburgeraar is als vermeld in artikel 26, §1, eerste lid, 3°, van het decreet van 7 juni 2013 betreffende het Vlaamse integratie- en inburgeringsbeleid. Het gaat om een 16-18 jarige die NT2 richtgraad 1 volgt.
- Op het moment van inschrijving nog niet voldaan heeft aan de voltijdse leerplicht. Het gaat om een 12-16-jarige die NT2 richtgraad 1-4 volgt in samenwerking met een secundaire school.
Meer informatie
Gedeeltelijke vrijstelling voor alle opleidingen
- Het inschrijvingsgeld bedraagt 0,30 euro per lestijd voor cursisten die op het moment van hun inschrijving:
- Een inkomen verwerven via een inschakelingsuitkering of een werkloosheidsuitkering, of ten laste zijn van voormelde categorieën.
Meer informatie en voorbeeldattesten - In het bezit zijn van een van de volgende attesten of ten laste zijn van iemand die in het bezit is van een van die attesten:
- Een attest, uitgereikt door de bevoegde overheid, waaruit een arbeidsongeschiktheid van ten minste 66 procent blijkt
- Een attest waaruit het recht blijkt op een integratietegemoetkoming aan gehandicapten
- Een attest waaruit de inschrijving bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap blijkt. Dat attest moet aangevraagd zijn voor de leeftijd van 65 jaar.
- Een attest, uitgereikt door de bevoegde overheid, waaruit een vermindering blijkt van het verdienvermogen tot 1/3 of minder van wat een gezonde persoon door het uitoefenen van een beroep op de algemene arbeidsmarkt kan verdienen
- Een attest, uitgereikt door de bevoegde overheid, waaruit een vermindering blijkt van de zelfredzaamheid van ten minste 7 punten. Deze vrijstelling geldt ook voor cursisten die ouder zijn dan 65 jaar.
Meer informatie en voorbeeldattesten
- Een inkomen verwerven via een inschakelingsuitkering of een werkloosheidsuitkering, of ten laste zijn van voormelde categorieën.
Richtlijnen, voorbeeldattesten en elektronische gegevensuitwisseling
Een overzicht per categorie van cursisten van de attesten die een cursist kan gebruiken voor een vrijstelling van inschrijvingsgeld.
Meer informatie over de administratieve afhandeling en elektronische uitwisseling van gegevens.
Asielzoekers die materiële hulp genieten
Verleen de vrijstelling op basis van een van de volgende attesten:
- Nieuw attest voor inschrijving van asielzoekers in het volwassenenonderwijs (pdf, 1p.) (11,4 kB)
- Attest Fedasil voor niet in een lokaal opvanginitiatief opgenomen personen (pdf, 1p.) (306 kB)
- Attest Rode Kruis (pdf, 1 p.) (18,5 KB)
- Attest Vluchtelingenwerk Vlaanderen (pdf, 1 p.) (27,4 kB)
- Attest lokale opvanginitiatieven (pdf, 1 p.) (24,7 kB)
- Attest van CIRE (jpg) (741 kB)
Cursisten die verblijven in een lokaal opvanginitiatief (LOI) verkrijgen de vrijstelling ook op basis van een door een officiële instantie afgeleverd attest dat het verblijf in het LOI aantoont. Op dat attest zijn het logo en een handtekening/stempel van de instantie verplicht. Om rechtsgeldig te zijn mag het attest bij de inschrijving niet ouder zijn dan 1 maand en mag het niet gedateerd zijn na de registratiedatum.
Cursisten met het statuut van tijdelijke bescherming als ontheemde
Verleen vrijstelling op basis van het statuut van tijdelijke bescherming als ontheemde. Dat ter uitvoering van richtlijn 2001/55/EG van de Raad van 20 juli 2001 betreffende minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in geval van massale toestroom van ontheemden en maatregelen ter bevordering van een evenwicht tussen de inspanning van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequenties van de opvang van deze personen.
Mensen op de vlucht uit Oekraïne komen sinds 4 maart 2022 in aanmerking voor tijdelijke bescherming. Meer info over de procedures en de voorwaarden zijn te vinden op IBZ Vreemdelingenzaken en Agentschap Integratie en Inburgering.
De vrijstelling geldt voor alle opleidingen van het volwassenenonderwijs, ook voor de welkomstmodule NT2. De vrijstelling geldt met terugwerkende kracht vanaf 4 maart 2022, dus vanaf de invoering van het statuut van tijdelijke bescherming. Lees meer op de pagina 'Oekraïnecrisis: volwassenenonderwijs'.
Een cursist kan vrijgesteld worden op basis van het 'attest tijdelijke bescherming'.
Cursisten met leefloon of inkomen uit maatschappelijke dienstverlening
Verleen de vrijstelling op basis van een OCMW-attest. Op het attest moet uitdrukkelijk vermeld zijn dat betrokkene:
- Een leefloon of een equivalent ervan ontvangt
- Financiële bijstand geniet (al of niet met verwijzing naar de wet van 2 april 1965)
- Steun geniet op basis van de artikelen 4 en 5 van de wet van 2 april 1965
Bijzondere aandacht
Op basis van een attest activering leefloon in het kader van een tewerkstelling artikel 60 §7 kan je geen vrijstelling van het inschrijvingsgeld verlenen. Elke verwijzing naar een andere paragraaf van artikel 60 komt wel in aanmerking voor een volledige vrijstelling van het inschrijvingsgeld.
Een attest dat verwijst naar de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie kan je slechts aanvaarden als in het attest uitdrukkelijk vermeld is dat het recht uit een leefloon bestaat. Zonder die vermelding is het niet duidelijk of het recht bestaat uit een tewerkstelling of een leefloon.
Een minderjarige cursist geplaatst in begeleid zelfstandig wonen van de bijzondere jeugdzorg, kan een vrijstelling van het inschrijvingsgeld verkrijgen op basis van een attest van het Agentschap Jongerenwelzijn of een lokale dienst voor begeleid zelfstandig wonen. In dat attest bevestigt het agentschap of de dienst dat de jongere een uitkering voor hun rekening geniet. Zodra de cursist meerderjarig is, kan hij aanspraak maken op een leefloon ten laste van het OCMW.
Een persoon die in een centrum algemeen welzijnswerk (CAW) verblijft, kan op basis van een attest van het centrum vrijgesteld worden. Je kan de vrijstelling alleen verlenen als het attest vermeldt dat betrokkene in het CAW verblijft en geen inkomen heeft.
Om rechtsgeldig te zijn mag het attest bij de inschrijving niet ouder zijn dan 1 maand en mag het niet gedateerd zijn na de registratiedatum.
Gedetineerden
Je kan alleen een vrijstelling verlenen op basis van een door de directeur van de strafinrichting ondertekende verklaring waarin hij bevestigt dat betrokkene op de datum van de inschrijving in de strafinstelling verblijft. Dat mag een gezamenlijk document voor meerdere gedetineerden zijn, bijvoorbeeld per klasgroep.
- Een attest van FPC Gent (pdf, 1 p.) (3,90 MB) of FPC Antwerpen wordt ook aanvaard voor een vrijstelling van het inschrijvingsgeld.
Inburgeraars
Verleen vrijstelling op basis van de voorbeeldattesten op de website van integratie en inburgering.
Hoe lang zijn de attesten geldig?
Een papieren inburgeringscontract is slechts voor 1 jaar geldig. Na het verstrijken van die termijn kan je op basis van dat contract geen vrijstelling van inschrijvingsgeld meer verlenen. Een inburgeringscontract kan tijdelijk geschorst worden. Tijdens de schorsingsperiode kan je op basis van het contract geen vrijstelling van inschrijvingsgeld verlenen. De geldigheidstermijn van 1 jaar wordt met de duur van de schorsingsperiode verlengd.
Een inburgeringsattest heeft geen verjaringstermijn.
Domicilie Brussel (Brussels Hoofdstedelijk Gewest)
Inburgeraars met domicilie Brussel en NT2-cursisten met domicilie en les in Brussel betalen geen inschrijvingsgeld voor een NT2 opleiding Richtgraad 1 en 2.
De domiciliëringsvoorwaarde wordt aangetoond op basis van 1 van de documenten vermeld in het overzicht:
Als het document geen einddatum vermeldt, zal het voor 1 kalenderjaar als bewijs aanvaard worden voor een vrijstelling. Voorbeeld: een cursist mag een attest met afgiftedatum 14 januari N voor elke inschrijving tot en met 13 januari N+1 gebruiken.
Een identiteitskaart waar geen domicilie op vermeld staat komt niet in aanmerking voor een vrijstelling van het inschrijvingsgeld.
De controle van het domicilieadres mag ook digitaal. Je kan je daarvoor baseren op het gegeven ‘officieel adres’ uit:
- DAVINCI (via toets op uniek persoon)
- KBI Connect, onder contactgegevens, via de 3de stroom
Als er geen ‘officieel adres’ voorhanden is dan kunnen de huizen van het Nederlands of centra zelf de cursistgegevens registreren en wordt er achter de schermen een BIS-nummer aangemaakt.
Voor een eventuele vrijstelling wordt de Brussel-domicilie gecheckt op het moment van de inschrijving. Het document dat het adres bewijst, moet afgeleverd zijn binnen de maand voor of na de inschrijving.
De cursist kan papieren documenten en digitale gegevens gebruiken om zijn domicilie aan te tonen.
Voltijds leerplichtigen in een opleiding NT2
Je kan de vrijstelling alleen verlenen op basis van een samenwerkingsovereenkomst tussen de instelling secundair onderwijs en het centrum voor volwassenenonderwijs.
Uit de samenwerkingsovereenkomst moet duidelijk blijken dat de betrokken cursisten door die overeenkomst gevat zijn.
Werkzoekenden
VDAB
Verwijs een cursist die zich aanmeldt bij het centrum om een opleiding te volgen en een vermindering van inschrijvingsgeld wil als werkzoekende door naar VDAB.
De vermindering van het inschrijvingsgeld voor VDAB-cursisten maakt deel uit van de automatische datastroom tussen VDAB en DAVINCI en kan geraadpleegd worden door middel van tariefsuggestie. Vind meer informatie in de VDAB_brochure_datastroom en financiering volwassenenonderwijs_2019.04 (622.45 KB) "pdf"
De vroegere papieren VDAB-attesten voor een vermindering van inschrijvingsgeld worden niet langer afgeleverd en aanvaard. De automatische datastroom vervangt deze attesten. Raad werkzoekenden aan om bij VDAB te vragen of ze in aanmerking komen voor een erkend traject naar werk.
Personen die ten laste zijn van een uitkeringsgerechtigde werkzoekende kunnen dit aantonen met een verklaring op eer 'ten laste van' de uitkeringsgerechtigde werkzoekende, samen met een attest van de RVA of hun uitbetalingsinstelling (vakbond of Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen). Om rechtsgeldig te zijn mag het attest bij de inschrijving niet ouder zijn dan 1 maand en mag het niet gedateerd zijn na de registratiedatum.
Actiris en FOREM
Uitkeringsgerechtigde werkzoekenden of werkzoekenden in beroepsinschakelingstijd, gedomicilieerd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, moeten zich inschrijven als werkzoekende bij Actiris. VDAB of Actiris, naargelang de bevoegdheid, oordeelt over de passendheid van een opleiding in het traject naar werk.
Handleiding voor gebruikers CVO, CBE en het Huis van Nederlands Brussel in het kader van opleiding in traject naar werk: Brochure Actiris VDAB Volwassenenonderwijs- traject naar werk 201908 (1.1 MB) "pdf"
Het attest van Actiris met of zonder elektronische handtekening komt in aanmerking voor de vrijstelling:
- Atttest Actiris (jpg) (573 kB)
Het attest van FOREM kan alleen gebruikt worden met een attest van de RVA, vakbond of Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen dat verklaart dat de cursist uitkeringsgerechtigd werkloos is. Het attest mag bij de inschrijving niet ouder zijn dan 1 maand en mag niet gedateerd zijn na de registratiedatum.
Personen die ten laste zijn van een uitkeringsgerechtigde werkzoekende kunnen dit aantonen met een verklaring op eer 'ten laste van'.
- Attest FOREM (pdf, 1p.) (57,2 kB)
Personen in een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag
Cursisten in een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT – voorheen ook gekend als bruggepensioneerden) komen in aanmerking voor een gedeeltelijke vrijstelling van het inschrijvingsgeld, op basis van een bewijs SWT van de RVA of van een vakbond. Voor deze categorie is er geen aparte code in DAVINCI. Registraties moeten gebeuren onder de codes van werkzoekenden.
Volgt de cursist de opleiding in kader van een erkend traject naar werk, dan krijgt hij een volledige vrijstelling.
Personen met een beperking
Personen met een beperking krijgen een vrijstelling van inschrijvingsgeld. Ook cursisten ten laste van een persoon met een beperking.
Verleen de vrijstelling op basis van een attest van:
- Het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap
- De Directie-Generaal Personen met een Handicap van de FOD Sociale Zekerheid
- De Geneeskundige Raad voor Invaliditeit van het RIZIV
- Een mutualiteit
Op het attest moet 1 van onderstaande vermeldingen staan:
- Verwijzing naar artikel 100, §1 van de gecoördineerde wet van 14 juli 1994
- Arbeidsongeschiktheid van ten minste 66 procent
- Recht op een integratietegemoetkoming aan gehandicapten
- Bewijs van de inschrijving bij het VAPH
- Vermindering van het verdienvermogen tot 1/3 of minder van wat een gezonde persoon door de uitoefening van een beroep op de algemene arbeidsmarkt kan verdienen
- Vermindering van de zelfredzaamheid van ten minste 7 punten
Een attest van het RIZIV of van een mutualiteit het attest mag bij inschrijving niet ouder zijn dan 1 maand en mag niet gedateerd zijn na de registratiedatum.
De FOD Sociale Zekerheid en het VAPH reiken geen papieren attesten meer uit. Cursisten vinden de nodige informatie in het digitaal dossier.
FOD Sociale Zekerheid
Cursisten kunnen hun dossier raadplegen via MyHandicap: https://login.socialsecurity.be/idp/authenticationRequestListener.
Als bewijsstuk aanvaard je een schermafdruk of een afgedrukt attest waaruit één van de volgende punten blijkt:
- Arbeidsongeschiktheid van ten minste 66 procent
- Recht op een integratietegemoetkoming aan gehandicapten
- Vermindering van het verdienvermogen tot 1/3 of minder van wat een gezonde persoon door de uitoefening van een beroep op de algemene arbeidsmarkt kan verdienen
- Vermindering van de zelfredzaamheid van ten minste 7 punten
VAPH
Cursisten kunnen hun dossier raadplegen via het e-loket Mijn VAPH.
Als bewijsstuk aanvaard je een schermafdruk of een afgedrukt attest waaruit blijkt dat de cursist over een VAPH-nummer beschikt.
Ambtenaren die ambtshalve vervroegd op pensioen gesteld worden wegens gezondheidsredenen worden gedeeltelijk vrijgesteld. Dat kan aangetoond worden met een attest van de werkgever. Op het attest moeten geen extra vermeldingen staan. Voor die categorie geldt de vrijstelling van het inschrijvingsgeld alleen tot het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.
Extra informatie
Verwante pagina's